vrijdag 28 juni 2013

Varkensvlucht


Sinds kort werk ik als vrijwilliger in de tuin op een biologisch-dynamische zorgboerderij. Wanneer ik over het terrein banjer, valt mijn oog op vier varkens. ‘Hoi!’, roep ik spontaan, waarop zij op hun beurt enthousiast naar de omheining lopen. Er staat slechts een laag stroomdraadje gespannen en ze zijn toch wel erg groot van zo dichtbij. Hun nieuwsgierige ogen lonken olijk vanachter hun volle wimpers en ze knorren dat het een lieve lust is. Als ze merken dat onze ontmoeting blijft bij een hoi en een steelse blik, schenken ze me geen aandacht meer en wroeten onbekommerd verder in de aarde.

Later hoor ik dat de varkens ‘s ochtends uitgebroken waren. Ze openden het onderste deurtje van het hok en genoten luid gillend van hun vrijheid. Tot ze na ontdekking terug op hun plek gezet werden. Na de lunch roept Josje ons van het land: ‘kom snel, de varkens zijn weer los!. Met zijn allen vormen we een lijn en met onze armen wijd drijven we ze weer terug naar hun onderkomen. Twee van hen ondernemen nog een dappere vluchtpoging en eenmaal binnen geven ze zich nog niet gewonnen. Varkens hebben niet alleen een heel goed geheugen; wat ze in hun kop hebben, hebben ze overduidelijk niet in hun kont. Vergeet het maar dat ze rustig op die lekkere spekbillen gaan zitten. Dus na luid gebonk verschijnt er opnieuw een roze snuit door een kier. Gauw wordt de deur dichtgedaan en een pallet tegen de deur gezet. Gauw wordt er nog harder gebonkt en gebeukt en wederom piept daar triomfantelijk een roze snuit om de hoek. Dan is boer Bart het zat en grijpt naar grof geschut. Met luid geratel en motorgeronk plaatst hij met de tractor een enorme strobaal voor de deur. Uitbreken onmogelijk.

Binnen een paar dagen gaan deze zes maanden oude babes naar de slacht. Naast een voortreffelijk geheugen beschikken ze wellicht ook over een vooruitziende blik?