vrijdag 9 november 2012

blogbericht: Vakantiemarktjes en mannen


Op vakantie ontkom je er vaak niet aan. Marktjes bezoeken. Als ik alleen ben zul je me er niet snel zien. Maar als er een andere dame bij is ga ik voor de vorm toch even mee. Ik probeer het braaf, een mens moet zich tenslotte toch een beetje aanpassen aan zijn medereiziger nietwaar. Maar immer ben ik in no time vervult met een mengeling van medelijden en irritatie waardoor je zo’n verkoper nooit meer een gelijkwaardige blik in de ogen gunt. Medelijden omdat hij, meestal van Afrikaanse komaf, in erbarmelijke omstandigheden moet werken. Overdag sjouwen over het strand met al zijn waar. ’s Avonds op de stenen in de straatjes met vrolijk schijnende lampjes, die het schrijnende verdoezelen. Ik voel me de rijke witte die voor op een dubbeltje op de eerste rij wil zitten. Ik voel me dom als ik niet afpingel. Ik voel me een kolonist als ik de beste man ook nog eens een poot uit probeer te draaien. En geïrriteerd. Ik hou niet van winkelen en niet van drukte. Wat moet ik met die spullen? En omdat die spullen me niet interesseren kijk ik vooral naar de mensen achter de kraampjes. En dan voel ik me weer schuldig omdat ik op vakantie ben en zij niet. Dan ga ik toch weer spullen kijken die ik niet wil hebben. Dus. Voortaan kijk ik nog maximaal twee kraampjes mee naar armbandjes, tassen en schoenen. En dan ga ik bier drinken op het terras. Mannen kijken.